De asfaltridder

Details van dit toneelstuk

In de nacht van de dertiende op de veertiende vinden er twee gebeurtenissen plaats, die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben. Maar, door toeval met elkaar in verbinding gebracht, geven zij aanleiding tot een lawine van misverstanden. Om te beginnen wordt mevrouw Woudstra het slachtoffer van een auto-ongeluk, dat, dankzij het onbaatzuchtig optreden van een onbekende redder, gelukkig nog goed afloopt. Tegelijkertijd trapt een vandaal de verandadeur van het weekendhuis van de familie Woudstra aan diggelen. Maar wanneer de vandaal, die zich en passant ook nog als toekomstige schoonzoon ontpopt, zijn schanddaad bij mevrouw komt opbiechten, wordt hij door haar per vergissing voor de redder aangezien. En die confrontatie is des te pijnlijker, omdat zij er heilig van overtuigd is, dat hij haar momenten van bewusteloosheid op onfatsoenlijke wijze heeft uitgebuit. Uit het een en ander ontstaat een doldwaze liefdes- en huwelijkskomedie, met tal van verwikkelingen.