Stemmen aan de overkant

Details van dit toneelstuk

Het stuk begint in de achttiende eeuw, waar enkele ongelukkige zielen worden opgehangen in een gerechtsgebouw. Eeuwen later, in deze tijd, is het gerechtsgebouw omgebouwd tot woonhuis. Evalien Verhoeven, een nuchtere vrouw die herstellende is van een echtscheiding, komt met haar zus en dochter in het huis wonen. Ze hebben geen flauw benul van de afschrikwekkende gebeurtenissen die zich honderden jaren geleden in hun huiskamer hebben plaatsgevonden. Het wordt ons subtiel en langzaam duidelijk dat er iets niet in de haak is. Evie, de dochter des huizes, krijgt regelmatig bezoek op haar slaapkamer. Ze praat met de overleden mensen die in haar huis zijn terechtgesteld. Evie wordt onbegrepen en haar moeder vreest dat ze gek is geworden. Uiteindelijk schakelt ze toch de hulp in van een parapsycholoog. Of hij in staat is om te begrijpen wat de ronddolende zielen willen, is nog maar de vraag. Wie begrijpt de 'stemmen aan de overkant?'