Het waterschapshuis

Details van dit toneelstuk

Het stuk speelt zich af in een waterschapshuis ergens in de veenkolonies. Er is ook een soort cafeetje ingericht. De drie bestuurders zitten juist te vergaderen als de pottenschipper Lubbert door de sluis wil. Daarna komen er twee frisse meisjes die met hun bootje op vakantie zijn. Ook zij willen door de sluis. Ze lopen bij hun bootje weg en even later hangt het scheepje boven in de sluis. Beschadigd natuurlijk. Dat betekent reparatie en oponthoud. Om de kosten te drukken mogen zij in het kamertje boven blijven slapen, maar ze moeten het dan wel even opknappen en dat gebeurt dus. Aan de overkant is een klein winkeltje met een weduwe. De pottenschipper houdt daar een "Tupperwarepartij" in plaats van in het waterschapshuis. De drie van het waterschap hebben allemaal een oogje op dat mooie wijf van de overkant en dat geeft weer een boel heibel met hun vrouwen, die daar natuurlijk niet van gediend zijn. Al met al weer een gezellig stuk midden tussen de "Achterdocht, Drank en Turf"