Wat heb ik nu aan m'n fiets hangen

Details van dit toneelstuk

Tony van de Zanden, een gepensioneerd zakenman, is weg van operette. Hij heeft zich dan ook bij de plaatselijke operettevereniging aangesloten en is erg enthousiast. Z'n vrouw Wilma moet niets van operette hebben en probeert op allerlei manieren Tony bij de vereniging weg te houden door hem allerlei vervelende en stomme werkjes te laten doen. Paul, ook lid van de vereniging, daagt hem uit om iets te ondernemen tegen Wilma en haar zelf die rotklusjes te laten opknappen. Tony laat zich overhalen en samen met een moie, Italiaanse danseres lukt het om Wilma te dresseren. Er komt ook nog een revueartiest in het spel, uitgenodigd door de twee dochters, die het weer op Wilma gemunt heeft wat dan Tony de gevleugelde woorden ontlokt: "Wat heb ik nu aan m'n fiets hangen".